Column
Die mevrouw Jansen toch...
2018
Mevrouw Jansen (75) heeft diabetes mellitus type 2, reuma en hooikoorts en is al haar hele leven licht astmatisch. Voor haar reuma wordt ze behandeld in het ziekenhuis met een nieuw geneesmiddel dat wekelijks door een verpleegster bij haar thuis wordt toegediend. Voor alle andere klachten wordt ze behandeld door haar eigen huisarts.
Geneesmiddelen krijgt ze al jaren van dezelfde apotheek. De apotheker krijgt een vast bedrag voor het afleveren van haar geneesmiddelen. Haar pillen worden meestal in een grote zak door een bezorger afgeleverd. De papieren informatie die ze altijd bij haar medicijnen krijgt, leest ze nooit. Ze wordt daar alleen maar zenuwachtig van.
Bij nieuwe geneesmiddelen belt een assistente met uitleg over die medicijnen, en vraagt daarna of ze alles begrepen heeft. Dan zegt ze altijd maar “ja” om verder geen lastige vragen te hoeven beantwoorden. Omdat ze iedere 3 maanden haar pillen bezorgd krijgt, staat ze bekend als een “therapietrouwe” patiënt. De apotheker spreekt of ziet ze trouwens zelden. Als ze naar de apotheek gaat zit hij meestal in een hokje de administratie te doen.
Wat de apotheker en haar huisarts niet weten is dat ze de helft van haar geneesmiddelen in een kastje onder de aanrecht stopt en in het weekend helemaal geen pillen gebruikt. Tijdens het hooikoortsseizoen en vochtige dagen in de herfst heeft ze het wat vaker benauwd. Ze neemt dan toch maar een pufje en dat helpt. Wel vindt ze het gebruik van haar inhalator erg complex en heeft ze geen idee wanneer deze leeg is.
2025
Mevrouw Jansen (82) merkt dat haar gezondheid de laatste tijd steeds meer te wensen overlaat en bespreekt dit met de jonge huisarts (het lijkt wel of ze steeds jonger worden) die sinds een paar jaar in het een gezondheidscentrum zit.
Daar werkt ook een jonge apotheker die nauw samenwerkt met de huisartsen. Hij heeft toegang tot alle patiëntendossiers en blijkt echt geïnteresseerd in wat de patiënt wil bereiken in zijn of haar leven. Ook zet hij eHealth-toepassingen in om zijn patiënten te begeleiden. Daarbij wordt de patiënt, net als vanuit het ziekenhuis, via een App 2.0 wel gevraagd om regelmatig te laten weten hoe de behandeling aanslaat. De patiënt moet actief meewerken en in ruil daarvoor krijgt hij korting op zijn eigen bijdrage van zijn zorgverzekeraar.
Zorg en commercie zijn inmiddels gescheiden en patiënten moeten zich verplicht inschrijven bij een apotheek. De apotheker wordt alleen nog maar vergoed voor de zorg die hij levert. Hij is medeverantwoordelijk voor begeleiden van het effect van de medicamenteuze behandeling.
Soms gaat mevrouw Jansen nog naar de apotheek om aan de leestafel haar leeftijdsgenoten te kunnen ontmoeten. Er is immers gratis koffie. De apothekersassistentes zijn nog altijd even aardig en leggen haar uit hoe haar pillen werken. Ze antwoord nog steeds dat ze alles begrepen heeft, maar eerlijk gezegd hoort ze niet zo goed meer en mist daardoor een groot gedeelte van het gesprek.
Mevrouw Jansen kan via een app haar ervaringen met haar dokter delen, haar dochter helpt haar hierbij. Hierdoor wordt zij actiever betrokken bij haar behandeling, waardoor ze misschien een beter inzicht krijgt in haar ziektebeeld en welke rol zij daarbij zelf kan spelen.
De jonge huisarts vraagt trouwens voor zijn oudere patiënten standaard een DNA-paspoort aan om eventueel de dosering van de medicatie aan te passen. Hierdoor zouden minder bijwerkingen optreden en de geneesmiddelen beter werken. Zou mevrouw Jansen daarmee van haar hinderlijke bijwerkingen af komen?
Toch gek dat haar eigen apotheker nog nooit aan haar gevraagd heeft wat voor haar belangrijk is in haar leven en wat ze wil bereiken met haar medicatie. Want eigenlijk is het voor haar alleen belangrijk dat ze eenmaal per jaar met haar kleinkinderen naar de Efteling kan gaan, ieder dag even naar de supermarkt kan wandelen en kan blijven bridgen. Na een lange aarzeling besluit mevrouw Jansen zich in te schrijven bij de nieuwe apotheek. Wel zo makkelijk en nog beter ook voor haar portemonnee en haar gezondheid…
Pieter-Joep Huige is niet-praktiserend arts-apotheker en CEO van Umenz, dat focust op ondersteuning van patiënten zelfmanagement. In 2015 won Umenz de KNMP Innovatieprijs en In 2017 de Nationale Zorginnovatieprijs.
Laatst gewijzigd op 3 mei 2018