Upadacitinib is alleen beschikbaar als tablet voor oraal gebruik. Het gebruik is eenmaal daags 15 mg. Patiënten kunnen upadacitinib met of zonder voedsel elk moment van de dag innemen. De patiënt moet upadacitinib in zijn geheel doorslikken; hij mag de tablet niet breken, verkruimelen of er op kauwen (SmPC, 2021).
Bij toepassing voor AS moet de voorschrijver staken van de behandeling met upadacitinib overwegen als na 16 weken geen klinische respons optreedt. Soms kan een gedeeltelijke respons na 16 weken nog verbeteren (SmPC, 2021).
Er is geen dosisaanpassing nodig voor patiënten van 65 jaar en ouder. Er zijn beperkte gegevens voor patiënten van 75 jaar en ouder. De incidentie van infecties is bij deze patiëntengroep hoger. De voorschrijver moet dit risico meenemen bij de overweging om upadacitinib aan patiënten van 75 jaar en ouder voor te schrijven (SmPC, 2021).
Welke controles voorafgaand en tijdens de behandeling zijn nodig?
Behandelaars moeten voorafgaand aan de behandeling zowel actieve als latente tuberculose bij de patiënt uitsluiten. Daarnaast moet hij screenen op virale hepatitis.
Patiënten moeten upadacitinib (tijdelijk) staken bij:
- Lymfocytenaantal < 0,5 x 109/l.
- Neutrofielenaantal < 1 x 109/l.
- Hb-gehalte < 5,0 mmol/l
- Vermoeden van leverschade door gebruik van upadacitinib (SmPC, 2021).
Het advies is om het lymfocytenaantal, neutrofielenaantal, hemoglobinegehalte, ASAT en ALAT te controleren bij aanvang van de behandeling en vervolgens bij de routinecontroles. Daarnaast moet het lipidenprofiel 12 weken na aanvang van de behandeling bepaald worden en daarna volgens de internationale klinische richtlijnen voor hyperlipidemie (SmPC, 2021).
Incidenten met nieuwe geneesmiddelen? Meld deze bij Voorkomen Medicatie-Incidenten.