Dabigatran moet bewaard worden in de oorspronkelijke verpakking ter bescherming tegen vocht. Patiënten mogen de capsules niet open maken, omdat hierdoor het risico op bloedingen kan toenemen (SmPC, 2021). Na inname van de capsule moet de patiënt een half uur rechtop blijven zitten of staan om oesofagitis te voorkomen (KNMP, 2021).
Welke dosering hoort bij welke indicatie?
De dosering van dabigatran is afhankelijk van de indicatie.
- nvAF: tweemaal daags 150 mg.
- Behandeling van DVT en PE: tweemaal daags 150 mg, na minimaal 5 dagen behandeling met een LMWH. De duur van de behandeling is 3 tot 6 maanden.
- Preventie van recidief DVT en PE: tweemaal daags 150 mg.
- Preventie van DVT en PE na een geplande knie- of heupvervangingsoperatie: eenmalig 110 mg binnen 1 tot 4 uur na de operatie, gevolgd door eenmaal daags 220 mg. De behandeling mag pas starten na vaststellen van hemostase. Indien de behandeling niet kan beginnen op de dag van de operatie, dan direct starten met eenmaal daags 220 mg. De geadviseerde behandelduur na een knievervangende operatie is 10 dagen en na een heupvervangende operatie 28 tot 35 dagen.
Wanneer is dosisverlaging noodzakelijk?
Voor de indicaties nvAF en DVT/PE geldt:
- de aanbevolen dosering is tweemaal daags 110 mg bij:
- patiënten met verapamil als comedicatie
- een leeftijd ≥ 80 jaar
- overweeg een dosering van tweemaal daags 110 mg bij:
- patiënten met een creatinineklaring 30 tot 50 ml/min
- een leeftijd van 75 tot 80 jaar
- gastritis, oesofagitis of gastro-oesofageale reflux
- patiënten met meer kans op bloedingen
Voor de indicatie preventie van DVT na een geplande knie- of heupoperatie geldt:
- de aanbevolen dosering is eenmalig 75 mg binnen 1 tot 4 uur na de operatie, gevolgd door eenmaal daags 150 mg gedurende respectievelijk 10 of 28 tot 35 dagen bij:
- patiënten met een creatinineklaring 30 tot 50 ml/min
- een leeftijd ≥ 75 jaar
- comedicatie met lichte tot matig sterke P-glycoproteïne-remmers zoals amiodaron, kinidine of verapamil
- overweeg een dosering van eenmaal daags 75 mg bij:
- patiënten met een creatinineklaring 30 tot 50 ml/min in combinatie met verapamil.
Wat is het advies bij morbide obesitas en na bariatrische chirurgie?
Patiënten met morbide obesitas (BMI ≥ 40 kg/m2 of BMI ≥ 35 kg/m2 in combinatie met gezondheidsproblemen die door het overgewicht veroorzaakt worden) mogen dabigatran niet gebruiken. De werking van dabigatran kan verminderd zijn bij morbide obesitas (KNMP, 2021).
Het advies is om het gebruik van dabigatran ook te vermijden na een bariatrische operatie. De opname van dabigatran kan verminderd zijn bij patiënten die een bariatrische operatie hebben ondergaan (KNMP, 2021).
Wat is het advies bij een vergeten dosering?
Voor de indicaties nvAF en DVT/PE is het advies:
- Is de tijd tot de volgende dosis meer dan 6 uur? Dan moet de patiënt de gemiste dosis inhalen.
- Is de tijd tot de volgende dosis minder dan 6 uur? Dan moet de patiënt wachten tot de volgende dosis.
Bij de indicatie preventie van DVT en PE na een geplande knie- of heupvervangingsoperatie moeten patiënten de gemiste dosis niet inhalen, maar doorgaan met de resterende dagelijkse doses op het gebruikelijke tijdstip (SmPC, 2021).
Wat is het beleid bij switchen van een VKA naar dabigatran?
Bij het overstappen van een VKA naar dabigatran moet de patiënt eerst stoppen met de VKA. De patiënt kan starten met dabigatran bij een INR < 2,0 (SmPC, 2021).
Wat is het beleid bij het switchen van dabigatran naar een VKA?
Patiënten die switchen van dabigatran naar een VKA moeten een paar dagen beide middelen gebruiken. De duur hiervan is afhankelijk van de nierfunctie:
- Bij een nierfunctie ≥ 50 ml/min: begin 3 dagen vóór stopzetting van dabigatran met de VKA.
- Bij een nierfunctie tussen 30 en 50 ml/min: begin 2 dagen vóór stopzetting van dabigatran met de VKA.
Dabigatran kan de INR verhogen. Dit effect houdt aan tot 2 dagen na het stoppen van dabigatran. Tot dan is voorzichtigheid geboden bij het interpreteren van de INR-waardes (SmPC, 2021).
Wat is het beleid bij bloedingen?
Voor dabigatran is in november 2015 een antidotum geregistreerd: idarucizumab (Praxbind®). Idarucizumab is geïndiceerd als een snelle neutralisatie van het antistollend effect van dabigatran noodzakelijk is. Dit is bijvoorbeeld het geval bij spoedoperaties of dringende ingrepen en bij levensbedreigende of ongecontroleerde bloedingen (SmPC, 2021).
De Landelijke Transmurale Afspraak (LTA) Antistollingszorg (2020) adviseert bij een niet-ernstige bloeding de DOAC te continueren of maximaal 24 uur te stoppen, in combinatie met mechanische compressie om lokale hemostase te bereiken. Daarnaast geeft de LTA in overweging bij bijvoorbeeld slijmvliesbloedingen tranexaminezuur te gebruiken.
Bij ernstige bloedingen tijdens gebruik van dabigatran is het advies van de LTA op hoofdlijnen om de inname tot nader order te stoppen en tweemaal daags 2,5 mg idarucizumab i.v. toe te dienen. Indien idarucizumab niet beschikbaar is adviseert de LTA protrombinecomplex (Cofact®) 25 tot 50 IE factor IX/kg i.v. toe te dienen. Dit kan eventueel herhaald worden. Daarnaast adviseert de LTA nog diverse aanvullende maatregelen, waaronder mechanische compressie en lokale hemostase (NIV, 2020).
Incidenten met nieuwe geneesmiddelen? Meld deze bij Voorkomen Medicatie-Incidenten.